Paul Roodbol bij het graf van de geoloog Winant Carel Hugo Staring (1808-1877). Foto: Arjen Dieperink

Paul Roodbol bij het graf van de geoloog Winant Carel Hugo Staring (1808-1877). Foto: Arjen Dieperink

Historisch Genootschap verzorgt Lochemse graven

Algemeen

LOCHEM - Aan de Zutphenseweg, vlak bij de verkeerslichten, ligt de in 1829 aangelegde begraafplaats met een rijke geschiedenis. Leden van het Historisch Genootschap Lochem - Laren - Barchem zorgen voor het onderhoud.

Door Arjen Dieperink

De toegangspoort naar de begraafplaats is vanaf de weg duidelijk zichtbaar. Twee huisjes, thans gebruikt voor opslag, staan aan beide kanten van de poort. De huisjes zijn verbonden met een boog waar op het hout een tekst van de dichter A.C.W. Staring is weergegeven: ‘Geen afschrik bare U wat gij ziet. Den dood vreest hij die God vreest niet’. 

Op het toegangspad staat Paul Roodbol te wachten. Roodbol is al vele jaren secretaris van het Historisch Genootschap Lochem - Laren - Barchem. “Moet je eens kijken wat een prachtige omgeving met al die bomen en hoe het zonlicht tussen de bladeren heen schijnt”. Zo’n vijftien vrijwilligers van het Genootschap onderhouden de graven. “Het is de bedoeling dat wij de graven onderhouden, in stand houden met respect voor de overledenen en de historie. Kijk, daar zie je twee stenen naast elkaar. Ze zakken naar elkaar toe, één steen heeft een barst. Onze werkgroep zal de stenen weer recht proberen te leggen, maar de barst in het midden van de steen herstellen wij niet.” Al lopend wijst Paul Roodbol naar een ander graf. “Hier liggen de Zusters Franciscanessen. De zusters onderhielden de graven zolang ze konden. In 2015 zijn de laatste overgebleven zusters verhuisd naar Denekamp. Sindsdien onderhoudt de werkgroep het graf.” 

Het Historisch Genootschap heeft een route op de oude begraafplaats uitgestippeld. De graven waarover het een en ander wordt vermeld zijn genummerd. De route (die op de website te downloaden is) beschrijft in vijftien punten de begraafplaats en de graven. De wandeling eindigt bij het graf van burgemeester Harmannus Joachim Thomasson (1758 - 1833). In 1960 werd er een straatnaam naar deze burgemeester vernoemd. Een grafsteen heeft hij niet, een straatnaambord vermeld nu zijn graf. Per abuis is in de beschrijving van de rondleiding vermeld dat Thomasson de initiatiefnemer van de aanleg van de oude begraafplaats was, maar het waren de Gedeputeerde Staten van Gelderland die op 5 september 1827 aan de gemeente Lochem aangaven om uit te zien naar een ‘tot den aanleg eener nieuwe begraafplaats voor de afgestorvenen hunner gemeente’. Binnen kernen van vierduizend of meer inwoners mochten in Nederland uit hygiënische omstandigheden er niet meer begraven worden. De begraafplaats is vanaf 4 maart 1829 tot en met 19 november 1974 (laatste begrafenis) in gebruik geweest. Wel zijn bij enkele graven later nog grafbussen geplaatst.

“Al vele jaren onderhouden onze vrijwilligers de begraafplaats. Al is er geen beleid ten aanzien van het onderhoud. Kijk naar de omheining, de bomen, de paden. Er wordt enorm veel goeds gedaan, maar eigenlijk moet er een beleidsplan voor lange duur komen”, laat Paul Roodbol weten, terwijl hij naar een Amerikaanse eik kijkt. “Deze eik is eigenlijk te groot geworden voor deze begraafplaats. Kort geleden hebben wij het college van B&W hier op bezoek gehad. Hun werkbezoek was voor ons een verademing. Zij zagen waar onze werkgroep tegenaan loopt. Wij hebben uiteraard goede contacten met de gemeente Lochem en Circulus Berkel, want het is beter dat we gezamenlijk bekijken wat we met zo’n monumentale begraafplaats willen op langere termijn”. Teruglopend naar de weg, luidt de tekst op de andere zijde van de boog: ‘Verheft uw oog wie aan een grafstee schreit. Keert stof tot stof de ziel erft d’ eeuwigheid’.


www.hglochem.nl

Advertenties doorgeplaatst vanuit de krant