Een tekening van het vliegtuigtype Hawker Typhoon met alle onderdelen. Foto: Henri Bruntink
Een tekening van het vliegtuigtype Hawker Typhoon met alle onderdelen. Foto: Henri Bruntink

Zoektocht naar piloot William Hurrell in Eefde begonnen

EEFDE – Het is 26 september 1944 als een squadron van de Britse Royal Air Force opstijgt vanaf vliegveld Deurne bij Antwerpen. De zes toestellen van het type Hawker Typhoon voeren een gewapende verkenningsvlucht uit boven Nederland. Het zijn de nadagen van de operatie Market Garden, met de voor de geallieerden desastreus verlopen Slag om Arnhem.

Door Henri Bruntink

Boven Apeldoorn worden de Britse toestellen verrast door een overmacht van zo'n vijftig Duitse Messerschmitt-toestellen. Verspreiden en ieder voor zich, zo was het devies. Maar de toestellen van de piloten Hurrell en Clarke worden vrijwel meteen geraakt. Vier toestellen keren zonder kleerscheuren terug op de thuisbasis. Ook Clarke weet daar, ondanks de opgelopen schade, aan te komen. Van piloot William Hurrell wordt niets meer vernomen. Dat pas 21-jarige Engelsman staat sindsdien op een lijst met 'missing men'.

In Eefde zit op dezelfde dag de nu 84-jarige Gerrit van Zeijts op het dak van de ouderlijke boerderij. Hij ziet een vliegtuig van grote hoogte loodrecht neerstorten. De volgende dag gaat Van Zeijts met zijn broers kijken op de crashlocatie aan de Scheuterdijk. Daar vinden ze een diepe krater. Het vliegtuig heeft zich zo diep in de aarde geboord dat het gat al is volgelopen met grondwater. Niet lang na de oorlog wordt het gat dichtgegooid om de grond weer voor agrarische doeleinden te kunnen gebruiken. Er waren toen overigens al wel typeplaatjes van de vliegtuigmotoren gevonden. En een ring met de initialen van de piloot.

Gevonden

delen te

bekijken op

bezoekersdag

"Informatie over de krater is zinvol voor ons"', zegt Evander Broekman, projectleider van Leemans Speciaalwerken dat de berging uitvoert. Maandag is de opgraving begonnen die is gericht op het vinden van het toestel en stoffelijke resten van de piloot, zodat deze een laatste rustplaats kan krijgen.

Propellerblad
Broekman legt uit dat gegevens over het grondwater in de krater van destijds informatie geeft over de crash. "Het grondwater was toen veel hoger dan nu. Maar we weten ook dat er onder de deklaag eerst een laag zandgrond is te vinden, dan een leemlaag en dan nog een zandlaag en weer een leemlaag. Dat er grondwater in het gat stond geeft aan dat het vliegtuig minimaal door de eerste leemlaag is gegaan.''

Het vooronderzoek naar metaal in de grond leverde een vrij exacte locatie op waar de zoektocht zich nu op richt. Maandag kwam al een propellerblad naar boven, ten teken dat de plek vermoedelijk de juiste is. Door bronbemaling wordt het grondwater tot op 10 meter diepte op afstand gehouden.

Operatie
De operationele leiding is in handen van majoor b.d. Arie Hakkert van de Bergingsdienst van de Koninklijke luchtmacht. Aan de operatie doet naast de aannemer en de luchtmacht ook een team van de Koninklijke Landmacht mee. Dit is de Bergings- en Identificatiedienst (BIDKL) die is gespecialiseerd in het herkennen van menselijke resten. Verder is de Explosieven Opruimingsdienst Defensie (EODD) aanwezig. Het toestel van piloot William Hurrell was bewapend maar met wat precies is onduidelijk.

Tenslotte is nog een stralingsspecialist van Defensie in de buurt. In het instrumentarium van de vliegtuigen van destijds was radium 226 verwerkt en dat is potentieel gevaarlijk. De bovenlaag van het grasland is maandag verwijderd en opgeslagen zodat het later weer kan worden teruggebracht.

Bergingsofficier Hakkert vertelt dat alle afgegraven grond onder de bovenlaag in een speciale zeefmachine gaat. Alle delen die groter zijn dan 8 millimeter worden eruit gehaald om door getrainde mensenogen te worden bekeken. Gezocht wordt naar vliegtuigdelen en naar menselijke resten.

Hakkert: "Grote delen worden schoongespoeld. Die laten we zien op de komende bezoekersdag en het streven is om deze delen uiteindelijk zo dicht mogelijk in de buurt tentoon te stellen in een museum. De toestand van wat wordt gevonden zal niet in goede conditie zijn. De grond laat hier veel water door en door vermenging met zuurstof erodeert metaal snel." De verwachting is overigens wel dat delen die dieper liggen in betere conditie zijn.

Na de oorlog is met de Britten afgesproken dat materiaal van de legers van de Britse Gemenebest dat in Nederland wordt gevonden naar de Nederlandse staat gaat, dat er een bestemming aan geeft. Formeel in bruikleen voor onbepaalde tijd, maar in de praktijk blijft het vermoedelijk voor altijd in ons land.

Nabestaanden
De nog levende familieleden van William Hurrell, die door verwanten en vrienden Bill werd genoemd komt nog tijdens de berging naar Nederland. De familieleden wonen tegenwoordig in Australië. Of ze bij de bezoekersdag op 20 november aanwezig zullen zijn is onzeker. Burgemeester Sebastiaan van 't Erve van de gemeente Lochem zegt dat moet blijken of de familie het emotioneel allemaal kan verwerken. Het zal ook afhangen van het feit of al dan niet stoffelijke resten worden gevonden.

Bezoekersdag
Tijdens de operatie kunnen belangstellenden op woensdagmiddag 20 november komen kijken bij de berging. Aanmelden daarvoor kan op www.lochem.nl/vliegtuigberging-bezoekersdag. Bezoekers zijn welkom in blokken van steeds een half uur, om zoveel mogelijk belangstellenden de mogelijkheid te geven om te komen kijken. Vol is vol. Ook basisscholen uit de omgeving Eefde en de Lochemse veteranen brengen een bezoek.

Op de website van de gemeente Lochem is nog meer achtergrondinformatie te vinden over de operatie. En in Eefde is aan de zijde van de Lindeboomsweg een kijklocatie ingericht voor nieuwsgierigen.

Vlnr: Burgemeester Sebastiaan van 't Erve, projectleider Evander Broekman van aannemer Leesmans en majoor b.d. Arie Hakkert van de Bergingsdienst van de Koninklijke Luchtmacht. Foto: Henri Bruntink
Beeld van de locatie waar gezocht wordt, gemaakt op maandagmiddag. Foto: Henri Bruntink