Afbeelding

Landgoedeigenaren in politiek, bestuur en diplomatie

Voor het beheren en rendabel maken van een landgoed is het natuurlijk van groot belang dat de agrarische productie optimaal is en de waterhuishouding op orde. Het is dan ook geen wonder dat de landgoedeigenaren zich op dat vlak hebben doen gelden.

Na de opheffing van de Marken in 1837 was veel grond in bezit bij landgoedeigenaren en zij konden invloed uitoefenen op gewenste moderniseringen. Zo zorgden zij niet alleen goed voor zichzelf, maar ook voor de kleinere eigenaren en hun eigen pachtboeren. Ze stimuleerden hen om aan de ontwikkelingen mee te doen. 

A.P.R.C. baron van der Borch van Verwolde (1766-1836) en A.C.W. Staring van de Wildenborch (1767-1840) waren grootgrondbezitters die zelf landbouw bedreven en hierover ook de nieuwste kennis bezaten. (De Wildenborch ligt tegenwoordig net buiten de gemeente Lochem, maar behoorde oorspronkelijk tot de gemeente Laren). Op basis van de theorie experimenteerden ze in de praktijk met nieuwe teelmethoden, kunstmest en mechanische hulpmiddelen. Ze keken daarbij niet neer op de boeren, maar namen ze serieus en overlegden met hen hoe verder te profiteren van moderne agrarische mogelijkheden. Dat werd gewaardeerd, zodat hun invloed onmiskenbaar was. Zo kreeg Staring veel waardering voor het aanleggen van de Veengoot, van zijn grondgebied naar Lochem, zodat grondwater, ook van het land van andere boeren, afgevoerd werd naar de Berkel. Een groot stuk woeste grond kon daardoor als landbouwgrond in gebruik worden genomen.

Een volgende generatie nam het ontwikkelingsstokje van hen over. W.C.H. Staring (1808-1877) werd de Nederlandse pionier in de landbouwkunde en bodemkunde. Hij was de belangrijkste maker van de eerste geologische kaart van Nederland, maar ook griffier bij het kantongerecht in Lochem. J.E.H. baron van Nagell van Ampsen (1825-1901) had tal van bestuurlijke functies, maar was tevens een actief en vernieuwend grootgrondbezitter. C. J. Sickesz (1839–1904), woonachtig op de Cloese is van zeer grote invloed geweest als initiatiefnemer en voorzitter van de Gelders-Overijsselse Maatschappij voor Landbouw, van de Koninklijke Heidemaatschappij en het Waterschap de Berkel. A.P.R.C baron van der Borch van Verwolde (1842-1919) was antirevolutionair Kamerlid. Hij was vooral deskundig op het gebied van waterstaat. Van der Borch was ook de voorzitter van de eerste vergadering voor de aanleg van de stoomtram van Deventer naar Borculo.