Afbeelding

De Velhorst

In 1735 maakte Gerrit Alberts uit Nijmegen, bekend schilder van de adel van die tijd, een portret van Ernst van Löben Sels, die enige tijd daarvoor burgemeester van Groenlo was geworden. Ernst was getrouwd met Petronella Op ten Noort uit een Zutphens burgemeestersgeslacht en uit die familie werden zij eigenaar van de Velhorst.

De naam van de Velhorst zal zijn voortgekomen uit een horig goed, eigendom van een familie die zich Van Verlehorst noemde. Maar in oudere documenten komen nog allerlei varianten van de naam voor. 

Tot halverwege de 17e eeuw stond op de Velhorst slechts een boerderij, totdat ene Diederik van de Wall er een huis stichtte, dat naar hem ook wel 'Wallshuis' wordt genoemd. In de 18e eeuw sprak men van het Spieker op Velhorst, waaruit blijkt dat het hier om een vrij klein huis ging. Het goed ging verschillende malen in andere handen over, totdat het in bezit kwam van de Op ten Noorts en de van Löbens.

Ernst van Löben Sels gaf het huis meer allure door een nieuw front toe te voegen, dat nog steeds het aanzien bepaalt. Ernst en Petronella hebben tot hun dood op de Velhorst gewoond, ook nadat Ernst burgemeester van Zutphen was geworden. Hun kleinzoon Jan Carel Jacob van Löben Sels liet in 1819 de achterzijde van het huis ingrijpend verbouwen. 

Via vererving kwam in de 19e eeuw de Velhorst in bezit van de familie Martens van Sevenhoven. Een huis op stand was nodig, want in 1829 waren ze in de adelstand verheven. Rond het begin van de 20e eeuw maakten twee ongetrouwde dochters zich druk om de Christelijke zaak. Ze zaten in de besturen van het 'Nederlandsch Verbond van Christelijke Meisjesvereenigingen' en het 'Verbond van Christelijke Vrouwenvereenigingen'. Dat brachten ze ter plekke in de praktijk door evangelisatielessen te geven aan buurtkinderen in het gebouwtje Bethel, in Klein Dochteren. Het is nu het clubhuis van de klootschietvereniging 'Klein Dochteren'. Bethel betekent 'Huize van God'. Die lessen konden natuurlijk niet op de Velhorst worden gehouden, want stel je voor: al dat gewone volk over de vloer!