Afbeelding

Karren, koetsen, postiljons

Nicolaas van Geelkercken noemt in een 17de eeuwse tekening van Lochem de ruimte tussen Lochemse Berg en Berkel “Pas naar Zutphen”. Wilde je om de Lochemse berg heen dan kwam je in moerassen of het stroomgebied van de Berkel terecht.

Die “pas” moest dus worden overwonnen om langs Lochem te komen. Dat was een hachelijke onderneming. Neem bijvoorbeeld de Hessenwagens. Extra brede wielbasis, 4-6 paarden ervoor en tot wel 3 meter hoog opgetast. Dus, komende van Münster, via de Lebbenbrugge, langs de Lochemse berg en de Luchte om Lochem heen (de pas), de Koedijk op, dan de Kijksteeg en de Lage Weg naar Zutphen. Driekwart van het jaar was dat sowieso onmogelijk, want dan was die Lage Weg overstroomd door de Berkel. Het gebruik van een kar was noodzakelijk, omdat een mens niet alles kon dragen. En dat ging dan stapvoets, omdat de voerman ernaast liep om paard en kar om de diepe sporen in de zandweg te leiden. Immers, wanneer de lading op de weg viel was die van de eigenaar van de grond. 

De behoefte aan betrouwbaar transport was zo groot dat de gemeenten zich ermee gingen bemoeien. Dat was al in 1728 in Lochem begonnen, met de verpachting van een wekelijkse dienst naar en van Zutphen. Om in 1779 uit te breiden naar Amsterdam en Harderwijk. In 1832 gingen Gedeputeerde Staten van Gelderland zich er zelfs mee bemoeien, zo cruciaal voor het dagelijks leven waren karren, koetsen en postiljons geworden. En toen kwam de grindweg, waarbij vaak de oprijlanen van landgoederen met elkaar verbonden werden en met grind bestrooid.

Dat zorgde voor een revolutie. Geen omgevallen karren meer, van 5 km per uur naar minstens 10 km per uur. De Lochemers konden, vanaf 1841, in 2 uur naar Zutphen op de nieuwe grindweg tussen Zutphen en Goor. Van Gend & Loos, die vanaf 1827 de Lage Weg had bereden, ging vanaf 1841 ook over de nieuwe weg, met 15 km per uur. Goed voor personen, kleine pakjes en post, gezien de prijslijst: een grote mand met levende hoenders: fl.1,-, of mandje met 6 kreeften fl.0,50 en een brief: fl. 0.3.