Levend

'U wordt geacht de boeken niet mee naar buiten te nemen.' Vrijwilliger John van de Living Library grijnst. Het is natuurlijk geen standaard opmerking in een bibliotheek. Het was afgelopen zaterdag dan ook geen gewone bieb, maar een levende. Waarom dat in het Engels moest weet ik niet, het zal wel lekker klinken.

BN'er Özcan Akyol, Eus voor intimi, heeft het evenement eerder die dag geopend. Hij kondigde aan dat er behalve boeken ook mensen gelezen konden worden. Klopt wat we denken over mensen op basis van de buitenkant wel met de werkelijkheid?

'Je kunt ieder moment beginnen met een boek,' wijst John, 'eerst even melden bij de balie.'
Boven de inschrijfdesk zie ik dat de titels verwijzen naar zware onderwerpen. Een greep: vluchteling, moslima, moeder met gehandicapte dochter, meneer met niet aangeboren hersenletsel, en een adoptiekind.

Ik kies voor het laatste en voor ik het weet staan er twee vrouwen paraat. De ene stelt het boek voor. Ik knik naar het boek, we lopen gedrieën naar een rustige praatplek. Het boek mag kiezen aan welke tafel.

'Eerst het reglement,' zegt de gastvrouw. 'Dan weet u waar u aan toe bent.' In haar praatje maakt ze duidelijk dat de basis voor het komende gesprek stoelt op wederzijds respect en dialoog. Zowel het boek als de lezer hebben het recht om vragen te stellen. Beiden hebben ook het recht vragen niet te beantwoorden of het gesprek te beëindigen wanneer zij dat willen.
'Je mag het boek niet beschadigen,' zegt de mevrouw tot besluit. 'Je moet het in dezelfde geestelijke staat achterlaten als waarin je het hebt aangetroffen.'

Ik denk aan de derde klant die ik vanochtend in de winkel had. Ze ging naar de Levende Bibliotheek, zo vertelde ze. Toen ze het concept toelichtte, raakte ik geboeid. Ik zou wel een kindje lusten heet het prentenboek naast de kassa. En ik dacht: 'Ik zou wel een mens willen lezen.’
In de lunchpauze greep ik mijn kans.

Zo komt het dat ik de komende twintig minuten mag lezen in het door mij geleende exemplaar. We kijken elkaar aan. Het boek van kleur, zoals men tegenwoordig donkere huidtypen dient te karakteriseren, spoort me aan een vraag te stellen. Ik moet even nadenken. Het is bijzonder om elkaar een tijdje woordeloos in de ogen te kijken, omringd door allerlei andere boeken.

'Hoe begin jij, boek?' vraag ik. Er volgt een verhaal over Suriname, een verkrachting, een verhuizing, een adoptie, een jeugd, een ontheemding. Twintig minuten lang ben ik ondergedompeld in een mensenleven. En ademloos, tot aan de laatste bladzijde.