Een jonge Joost Carlier in het Lochemse openluchttheater. Foto: Henk Braakhekke

Een jonge Joost Carlier in het Lochemse openluchttheater. Foto: Henk Braakhekke

‘Er stond iets op knappen, dat voelde je: het moest allemaal anders’

Algemeen

LOCHEM - In 2019 wordt vijftig jaar Woodstock gevierd, een mondiaal feestje. Het festival dat in 1969 het hoogtepunt van de hippiecultuur markeerde, was immers wereldwijd bepalend voor de popmuziek én het beleven ervan. Hier, in de Achterhoek, werd een jaar eerder al een openluchtfestival gehouden dat een blauwdruk zou vormen voor vele festivals in deze regio en de rest van het land. Een gesprek met Joost Carlier, bedenker en organisator van de Lochemse Popmeeting, die Hemelvaartsdag 1968 voor het eerst werd gehouden.

Door Gerwin Nijkamp

Om de impact van het Lochemse festival te begrijpen moeten we terug naar de jaren zestig. De generatie die de oorlog heeft meegemaakt, zweert dan nog vol bij Calvijn: werk hard, leef sober en doe vooral niet te gek. Een dansmiddag op Hemelvaartsdag, waarbij de hoofdonderwijzer toekijkt of men bij het stijldansen niet te dicht op elkaar staat, is het schaarse vermaak waar de jeugd het mee moet doen.

Dat moest compleet anders, besloten Joost Carlier en zijn jongere broer Paulus tijdens de kerstdagen van 1967. Zij zouden het slaperige stadje Lochem wakker schudden met een festival. Ideeën had Carlier voldoende opgedaan in de Provadya-beweging. Tijdens Provadya-avonden laafden alternatieve jongeren zich aan popmuziek, dans, poëzie en andere kunstvormen.

Pioniers
Als ware pioniers zochten Carlier en zijn vrienden zelf alle ingrediënten bij elkaar voor de ‘Popmeeting, A Pelgrimage Trip’, zoals het Lochem Festival destijds voluit heette. Nederbeat-groep Les Baroques prijkte bovenaan het affiche, waarop verder onder meer David Copperfield Style (de band van de Achterhoekse poplegende Appie Daalmeijer) en Ben Jolink stonden. De man die met Normaal een paar jaar later landelijk door zou breken op het festival, was op de allereerste editie echter niet aanwezig als muzikant. Jolink, destijds de partner van Carliers zus, zou het publiek gaan vermaken als action-painter.

Een feestje met vrienden, voor vrienden moest het worden. Klinkt simpel, maar dat was het zeker niet. “We hadden enorm veel tegenstand”, vertelt Carlier. Waar de jongerencultuur nu veelal wordt omarmd, wilde in de jaren zestig niemand er wat van weten. Carlier en co moesten zich enorm inspannen om deuren geopend te krijgen. “Zo belde ik een bedrijf om hekken te regelen. Dat was geen probleem… Tot ik erbij vertelde dat ze voor een festival werden gebruikt, de hoorn ging er meteen op”, illustreert hij nu lachend de gang van zaken. Ook van de gemeente, banken en zelfs zijn ouders hoefde Carlier weinig medestand te verwachten.

Statement
Het moest van de jongeren zelf komen en dat zouden ze laten zien ook. “Met het festival wilden we echt een statement maken”, vertelt Carlier. “Er stond iets op knappen, dat voelde je: het moest allemaal anders.” Er moest afgerekend worden met de naoorlogse periode. En dat gebeurde. In plaats van de enkele honderden festivalgangers die de organisatoren hadden verwacht, vonden duizenden hippies Hemelvaartsdag 1968 luidruchtig hun weg door de anders zo stille straten van Lochem naar het openluchttheater.

Zowel de gevestigde orde als de jongeren in Lochem keken hun ogen uit. ‘Bijzondere sigaretten’ gingen van hand tot hand, tekende een lokale journalist op in zijn verslag van de eerste Popmeeting. Ook action-painter Ben Jolink maakte indruk door (half) ontblote mensen een verfdouche te geven en ze daarna over het doek te rollen.

Ook in de achttien edities die erna nog zouden volgen, bleef het Lochem Festival spraakmakend. Je moest erbij zijn. En als je te jong was om binnen te komen, ging je aan het hek staan kijken wat daarbinnen allemaal gebeurde. Normaal brak er door, een optreden van The Clash ontaardde in chaos, gitaarheld Chuck Berry stond op het podium: de vele verhalen over het festival houden de legende nog steeds levend.

“We hebben denk ik wel een voedingsbodem voor de huidige festivalcultuur gelegd, een zaadje geplant”, klinkt het op z’n Achterhoeks uit de mond van Carlier. Toch blijft ook het wat minder nuchtere ideaal dat de Lochemer in de jaren zestig nastreefde in 2019 - 50 jaar na Woodstock, 51 jaar na ‘Lochem’ - overeind: met een festival kun je verandering teweegbrengen. Hij roept organisatoren dan ook op vernieuwend en maatschappelijk betrokken te blijven. Dat is in het belang van de jongeren die elkaar daar ontmoeten: “Geef de jeugd een rugzak vol kennis en ervaring mee om daarmee later aan de slag te gaan”.

Achterhoeks organisatietalent sijpelt door tot Woodstock

De hand van de tegendraadse jongen die in de jaren zestig een feestje voor hun vrienden in Lochem wilde organiseren, is uiteindelijk wereldwijd zichtbaar geworden in de muziek- en festivalwereld. Hoewel Carlier tijdens de kerstdagen van 1967 niet de intentie had om van het organiseren van festivals zijn beroep te maken, is dat uiteindelijk toch gebeurd. Met succes.

Niet zozeer het boeken van de artiesten, maar met name alles wat daaromheen moet gebeuren om een festival of evenement succesvol te maken, bleek de Lochemer aardig in de vingers te hebben. Met zijn bedrijf LOC7000, dat nog steeds in Lochem is gevestigd, stond hij organisatoren bij met catering, infrastructuur, techniek en vele andere zaken. Vernieuwend is hij ook als professional altijd gebleven. De bekende muntenautomaten en plaskruizen die je op festivals als de Zwarte Cross (mede georganiseerd door Carliers neef Gijs Jolink) treft, maar ook bij de grote concerten, komen uit de koker van LOC7000.


De deur van Carliers kantoor bij LOC7000 was volgeplakt met foto’s van de Lochemse Popmeeting. Foto: Hanno van der Meulen

Lowlands
Het kunstje dat Carlier met de Lochemse Popmeeting flikte, deed hij begin jaren negentig nog eens dunnetjes over. Samen met Berry Visser van concertorganisator Mojo stond hij aan de basis van Lowlands in Biddinghuizen. Een festival waar niet alleen de muziek, maar ook lezingen, poëzie, cabaret, workshops, een gevarieerd cateringaanbod en de camping de sfeer van het evenement moesten bepalen. Lowlands groeide ook uit tot een van de meest invloedrijke festivals van Nederland.

Lochem en Woodstock
Zelfs in de Verenigde Staten bleef het Achterhoekse organisatietalent niet onopgemerkt. Niemand minder dan Woodstock-organisator Michael Lang benaderde Joost Carlier en zijn eveneens Achterhoekse kompaan Ronny Hooch Antink. “Hij had gehoord dat wij goed waren in het organiseren van festivals”, vertelt Carlier. “Of wij de productie van 25 jaar Woodstock op ons wilden nemen.” Zo kon het gebeuren dat Hooch Antink naar de andere kant van de oceaan vloog en daar productiemanager werd van de jubileumeditie van het bekendste festival ter wereld.
Joost Carlier zou Ronny Hooch Antink daarover interviewen op zondag 26 mei in de Lochemse schouwburg. Het was onderdeel van het programma dat bedacht was om 50 jaar Woodstock te vieren. De basis voor dit evenement viel echter weg: de vertoning van Woodstock, the film. Warner Bros, eigenaar van de rechten van deze documentaire, heeft de licenties ingetrokken omdat er dit jaar een nieuwe film over Woodstock in de bioscopen komt. Ook zouden die middag de foto’s die vorig jaar tijdens een expositie over 50 jaar Lochem Festival opnieuw worden vertoond. Ook Iain Matthews, bekend van het nummer ‘Woodstock’ zou komen optreden. En het was de bedoeling dat journalist Tom Steenbergen Woodstock in de tijdsgeest zou plaatsen.

Advertenties doorgeplaatst vanuit de krant