Mobiele telefonie: hoe ging dat vroeger?

Als je een nieuw mobieltje aanschaft, verwacht je dat hij meer kan dan het vorige model. Zo heeft de iPhone 13 smartphone een langere batterijcapaciteit, een hogere oplaadsnelheid, verbeterde camera’s en zijn zowel beeldscherm als display sterk verbeterd. Het is bijna vanzelfsprekend geworden dat we bijna jaarlijks kunnen beschikken over nieuwe modellen. Maar voor met name de jongere lezer is dit wel interessant: hoe communiceerden we vroeger?

Leven in je iPhone

We denken er bijna niet over na in wat voor een luxe tijdperk we leven, en in hoeverre we ons bestaan online doorbrengen. Valt ons mobieltje stuk of raken we het kwijt, dan slaat de paniek pas toe, menigeen beweert dan dat zijn ‘hele leven’ in die smartphone zit. Tja, je smartphone niet kwijtraken is een kwestie van verantwoordelijkheidsgevoel, je loopt immers de hele dag met een apparaat van honderden euro’s op zak en dat besef je pas als hij kwijt is. Een keer laten vallen kan gebeuren, maar dan heb je altijd nog een smartphone hoesje voor de iPhone 13 zodat je nieuwe model niet bij elk ongelukje de geest geeft.

Het tijdperk voor de iPhone

Voor sommigen is het vanzelfsprekend om met zo’n kostbare iPhone 13 op zak te lopen. Dat konden we ons in pakweg de jaren ‘80 niet voorstellen. Zonder er een Opa vertelt-verhaal van te maken: toen hadden we geen smartphones en waren we de hele dag vrijwel onbereikbaar. Een utopie voor sommige smartphonebezitters die knettergek worden van alle apps en media die de hele dag om aandacht schreeuwen. Wilden we met iemand afspreken, dan was er geen WhatsApp, maar de vaste telefoon met draaischijf. Was diegene niet thuis: pech gehad! Spontane bezoekjes vonden daarom vaker plaats. 

De eerste mobieltjes

Voor sommigen onder ons is dit niet voor te stellen en zijn zelfs de eerste mobiele telefoons van voor de eeuwwisseling regelrechte science fiction. Of horror, zo je wilt, want er zat nog geen internet op die dingen. Zo snel als we nu een nummer van een monteur op onze iPhone opzoeken, of zelf iets fiksen omdat we op YouTube zien hoe het moet, zo stroperig ging dat in de jaren ‘80 en ‘90. We pakten de Gouden Gids erbij! Een geel telefoonboek waar zo’n beetje elk Nederlands bedrijf in vermeld stond. Had je mazzel, dan nam de monteur op en kon je een afspraak maken. 

Een fax sturen

Je kon ook een heuse fax sturen, dat was een stuk tekst dat gescand werd en verzonden via de vaste, analoge telefoonlijn. Bij de ontvanger kwam de fax dan als een printje uit zijn faxapparaat tevoorschijn. Sneller tekst verzenden was niet mogelijk. De voicemail stamt pas uit de jaren ‘90. Wist je trouwens dat de voetbalcommentaren ook per telefoonlijn gingen? Zoek de legendarische goals uit 1988 van Marco van Basten maar eens op, dan hoor je een nogal blikkerige Evert ten Napel of Theo Reitsma zichzelf horen overschreeuwen van enthousiasme.

Dit artikel wordt u aangeboden door Mobiel.nl. Het is niet gemaakt onder verantwoordelijkheid van de redactie van deze uitgave.